Geboren te Dinther, gedoopt in de Grote Kerk 23 juni 1737, vader Willem, vorster te | 334 |
Dinther, moeder Maria van Hanswijk, overleden te Dinther 10 januar 1743 (S 's-Hertogenbosch 78 en S Dinther 7); ondertrouw 25 januari en trouw voor schepenen 20 april 1766 met Leonarda Catharina Lomans (S 525); was in 1787 pachter van de Grote Brabandse Landtol, geleide- en paardengeld (A.R.A. Raad van State 1149 d.d. 2 januari); woonde in 1773 en 1787 Achter het Wild Varken, tegenover het Lombarsstraatje (Voorname huizen II blz. 119 en A.R.A. Raad van State 1150 d.d. 2 februari 1787); in 1776 broeder van de loge der vrijmetselaars „De edelmoedigheid” te 's-Hertogenbosch (Brab. Leeuw I blz. 65); behoorde tot de vriendenkring van mr Hendrik de Roo van Wulverhorst, die van 13 maart 1779 tot 11 september 1788 heer van Zegenwerp was (Tax.1922 blz. 88); was in 1796 's landspachter der gemene middelen, comptoir houdende in de Kerkstraat en bij Evermans (Bossche Alm.); overleden vóór 27 october 1797 (Res. Repr. Bat. Br. 27 october no 3). | 335 |
A.R.M. Mommers, Brabant van generaliteitsland tot gewest II (1953) 334-335